Welke financiële en fiscale veranderingen brengt 2024 met zich mee?

Een relevante financiële planning houdt rekening met de jaarlijkse veranderingen in de inkomsten- en vermogensbelasting, de pensioenwetgeving en het erfrecht. We geven u graag 10 belangrijke veranderingen mee, van de uitbreiding van de flexi-jobs tot de loonindexatie en de afschaffing van het fiscaal voordeel voor tweede woningen.

1. Indexatie fiscale grensbedragen

Normaal gezien worden fiscale grensbedragen elk jaar geïndexeerd. Voor de inkomstenjaren 2019 tot en met 2023 werden bepaalde grensbedragen echter bevroren. Sinds 2024 zijn deze bedragen opnieuw geïndexeerd:

• Het maximumbedrag voor pensioensparen stijgt van € 990 (of € 1 270) naar € 1 020 (of € 1 310).
• Het grensbedrag voor de belastingvermindering voor langetermijnsparen verhoogt van € 2 350 naar € 2 450.
• De belastingvrije schijf voor spaarboekjes stijgt van € 980 naar € 1 020.
• De vrijgestelde dividenden stijgen van € 800 naar € 833.

2. Indexatie van de lonen

Dankzij de automatische indexatie zal het loon van veel werknemers opnieuw stijgen in januari:

• Voor bedienden die werkzaam zijn onder paritair comité 200 gaat het om een stijging van 1,48% .
• Horecapersoneel kan een loonstijging van 1,83% verwachten.
• Het loon van werknemers in de bouwsector stijgt met slechts 0,45% .

3. Uitbreiding flexi-jobs

Werkt u minstens 4/5e of bent u met pensioen en voldoet u aan alle voorwaarden, dan kan u sinds 1 januari 2024 in twaalf extra sectoren aan de slag als flexi-jobber. Het gaat onder meer over het onderwijs, de kinderopvang, de voedingssector, de autosector, de vastgoed- en verhuissector… U dient er wel rekening mee te houden dat u sinds dit jaar slechts onbelast kan bijverdienen tot en met € 12 000 per jaar. Bovendien stijgen de patronale bijdragen van 25% naar 28%.

4. Afschaffing fiscaal voordeel voor tweede woningen

Op 1 januari is de belastingvermindering afgeschaft voor kapitaalaflossingen van een lening voor een tweede woning (klik hier voor een uitgebreid artikel over deze maatregel). Let op: deze schrapping geldt enkel voor leningen die op en na 1 januari 2024 worden aangegaan. Voor leningen die afgesloten zijn tot en met 31 december 2023, blijft alles ongewijzigd.

Komt uw lening in aanmerking? Dan kan u genieten van een belastingvermindering van 30% op een maximumbedrag van € 2 450 (inkomstenjaar 2024). Dat is goed voor een belastingvermindering van maximaal € 735 per persoon.

5. Verhoging registratierechten voor erfpacht

Bij erfpacht verkrijgt de erfpachter het volle genot van een onroerend goed waarvan iemand anders eigenaar is. Deze erfpachter heeft het recht om het onroerend goed te gebruiken alsof hij zelf eigenaar zou zijn, met een minimumduur van 15 jaar en een maximumduur van 99 jaar.

Op 1 januari 2024 is het tarief van de registratierechten bij de vestiging van een erfpachtrecht verhoogd van 2% naar 5%. Deze registratierechten worden berekend op het totaalbedrag van de vergoedingen die de erfpachter aan de eigenaar betaalt. Ook de registratierechten bij de vestiging van een recht van opstal stijgen naar 5%.

6. Btw-tarief sloop en heropbouw

Bij een nieuwbouwproject geldt in principe een btw-tarief van 21%. Wie besluit een bestaand gebouw te slopen en opnieuw op te bouwen, kan echter onder bepaalde voorwaarden in aanmerking komen voor het verlaagd btw-tarief van 6%.

Afhankelijk van de locatie van het onroerend goed, bestonden hiervoor twee regelingen. Deze zijn sinds dit jaar afgeschaft en vervangen door één uniforme regeling. Volgens deze nieuwe regeling komen enkel particulieren eventueel nog in aanmerking voor het verlaagd tarief. Bouwpromotoren zullen in de toekomst dus niet meer in aanmerking komen voor het verlaagd btw-tarief.

Overgangsmaatregel in 2024

In 2024 geldt echter nog een overgangsregeling: indien u een heropgebouwde woning koopt via een bouwpromotor en de omgevingsvergunning is ingediend voor 1 juli 2023, kunt u nog steeds profiteren van het verlaagd btw-tarief van 6%.

7. Volledige afschaffing meeneembaarheid

In het verleden was het mogelijk om de registratiebelasting die u betaald heeft op de eerste woning, af te trekken van de registratiebelasting die verschuldigd is op een nieuwe woning. We kennen deze regeling ook als het principe van de meeneembaarheid. Sinds 2022 werd deze regeling geleidelijk afgebouwd en met ingang van 1 januari 2024 is ze volledig afgeschaft. Dit betekent dat u opnieuw 3% registratierechten zal moeten betalen bij de aankoop van een nieuwe gezinswoning.

8. Vermindering dossierkosten woonkrediet

Wie een lening aangaat, kan sinds dit jaar genieten van een verlaging van de dossierkosten: kredietinstellingen mogen nog maximaal € 350 aan dossierkosten in rekening brengen, in plaats van de eerdere € 500.

9. Verhoging minimumpensioen

Sinds 1 januari is het minimumpensioen voor werknemers voor de vierde keer verhoogd, met een stijging van 2,08%. Het minimumpensioen voor alleenstaanden met een volledige loopbaan van 45 jaar bedraagt dan ongeveer € 1 739 bruto per maand.

10. Nieuwe aangifteplicht voor huurders

Voor huurders die een woning professioneel gebruiken (eenmanszaken en vennootschappen) en de huur aangeven als werkelijke beroepskosten, is een nieuwe aangifteplicht geïntroduceerd. Vanaf dit jaar moeten zij via een bijkomend formulier extra informatie verstrekken, met name:

• de naam, het adres en het rijksregisternummer van de verhuurder;
• het adres van het onroerend goed;
• het totale bedrag van de betaalde huurgelden.

Wie dit niet doet, zal de huurkosten niet langer fiscaal kunnen aftrekken.